Besmet in het UZ

VErbindinG2004 BesmetInHetUZAndreaLeursABegin maart. Dat was het moment waarop het nieuwe coronavirus, COVID-19, zijn venijnige kop begon op te steken in België. Als studente in de Biomedische Wetenschappen had ik dan ook rechtstreeks te maken met deze problematiek, omdat ik op dat ogenblik enkele weken stage doorliep in het Universitair Ziekenhuis te Leuven. Overal werd er gesproken over het nieuwe virus: de verpleegkundigen die klaagden over een tekort aan mondmaskers, de studenten die zich zorgen maakten en de professoren die teleurgesteld waren omdat ze nu enkele befaamde congressen zouden moeten missen.

 

In de dagen die volgden namen zowel het ziekenhuis als de universiteit dan ook de nodige maatregelen. Zo werd er besloten dat alle stages beëindigd moesten worden en enkel nog online lessen mochten gegeven worden tot aan het einde van het semester. Een dag voordat deze maatregelen van start gingen, ben ik dan echter zelf al met griepachtige symptomen naar huis gegaan. Enkele dagen later kreeg ik een mailtje dat één van mijn stagebegeleiders positief had getest op het coronavirus. Besmet of niet, het was natuurlijk vanzelfsprekend dat ook ik enkele weken thuis in quarantaine bleef. In de loop van die weken heb ik niet alleen kunnen uitzieken, maar ook kunnen reflecteren over de huidige toestand van onze samenleving.
Voor iedereen is het op dit moment een nare periode, een situatie die niemand van ons eerder heeft meegemaakt. Voor velen is het een tijd van angst, onzekerheid en onbegrip, en voor sommigen een tijd van verdriet, woede of eenzaamheid. Wat het ook is, de coronatijd weekt heel wat verschillende emoties los. Ook ikzelf ben geen uitzondering en worstel, in het bijzonder de laatste weken, met deze gevoelens. Echter, omdat ik christelijk opgevoed ben, vind ik hoop en kracht in mijn geloof. Door de Bijbel te lezen en te bidden ervaar ik rust. Een bemoedigend Bijbelvers waar ik telkens op terugval is 1 Petrus 5 vers 7: “Werpt al uw bekommernis op Hem, want Hij zorgt voor u”. Elk mens smacht immers naar rust, hoop en vrede. En dat kunnen mensen elkaar niet bieden. De mens staat met lege handen in deze donkere tijden. Daarom is Jezus Christus, de Messias, onze enige hoop. Er zal een dag komen dat Hij Koning wordt van deze wereld en zal regeren op de troon van David. Dit is een geweldig vooruitzicht dat we niet uit het oog mogen verliezen. Hebreeën 12 vers 2 spoort ons dan ook aan om onze blik gericht te houden op Jezus, de Grondlegger en Voltooier van ons geloof. We hebben een hoopvolle toekomst voor ons waarbij we uitzien naar Zijn komst. Hij zal verlossing brengen!

(Andrea Leurs)